Informatie over borstkanker

Re-integratie op de werkvloer na borstkanker

Borstkanker betekent niet het einde van een loopbaan. Integendeel, de meeste borstkankerpatiënten willen na hun behandeling terug aan het werk. In veel gevallen is aangepast werk nodig, maar dat blijkt niet altijd mogelijk. Arbeidsarts Mathieu Versée somt de hindernissen op en stelt oplossingen voor. ‘Personen na een kankerbehandeling re-integreren op de werkvloer is een win voor werkgevers’.

In kader van het terug naar werk-beleid van minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid Frank Vandenbroucke, moeten langdurig zieken (meer dan 1 jaar) met een arbeidsovereenkomst vanaf 2026 een verplicht re-integratietraject doorlopen en meewerken. Indien ze weigeren, riskeren ze sancties, zo kunnen ze een deel van hun uitkering verliezen. ‘Voor kankerpatiënten geldt dit verplicht re-integratietraject uiteraard niet,’ verzekert arbeidsarts Mathieu Versée, docent arbeidsgeneeskunde aan de VUB en werkzaam bij Cohezio. Cohezio is een externe dienst voor preventie en bescherming op het werk, en tevens partner van Pink Ribbon. ‘Wie in behandeling is voor kanker of herstellende is van de behandeling, wordt niet opgejaagd om het werk te hervatten.’

Zin in werk

De behandeling van borstkanker neemt al snel een jaar in beslag, waardoor borstkankerpatiënten vaak een tijdlang uitvallen. Veelal tegen hun zin. Volgens een onderzoek van de Christelijke Mutualiteit uit 2019, is 67% van 7.600 bevraagde borstkankerpatiënten twee jaar na de diagnose weer voltijds of deeltijds aan het werk. Van de vrouwen met een uitgezaaide borstkanker staat 27% na twee jaar ook weer op de werkvloer. Toch lukt het zelden om de draad gewoon terug op te pikken. Vermoeidheid en concentratiestoornissen (brain fog) kunnen dat verhinderen. Daarom is aangepast werk een noodzaak, maar dat gaat niet vanzelf. Volgens Mathieu Versée zijn er hindernissen op vier niveaus: het wetgevend kader is niet dwingend genoeg, de gezondheidszorg schiet tekort, werkgevers kennen het domein niet goed en de terugkeer wordt voor de werknemer niet goed voorbereid.

Hindernis 1. Wetgevend kader voor kankerpatiënten is te beperkt

Bedrijven worden wel aangemoedigd om kankerpatiënten na hun behandeling aangepast werk te bieden, maar dat is geen verplichting. Er bestaat ook een opleiding tot re-integratiecoach, georganiseerd door het Riziv, maar bedrijven maken hier te weinig gebruik van. ‘Als werkgevers hiertoe verplicht worden, zou er wel werk gemaakt worden van re-integratie,’ stelt Versée voor. ‘Grote bedrijven zouden een re-integratiecoach moeten aanstellen, die zich specifiek bezighoudt met de terugkeer naar het werk na ziekte. Voor het bedrijf zelf zijn er tal van voordelen. Een degelijk re-integratiebeleid zorgt voor een positief imago. Het voorkomt dat werknemers met expertise definitief uitvallen en men hoeft geen nieuwe mensen op te leiden. Bovendien zijn er financiële voordelen aan verbonden. Re-integratie is geen overbodige luxe met de krapte op de arbeidsmarkt.’

Hindernis 2. De gezondheidszorg is onvoldoende afgestemd op re-integratie

Idealiter overleggen behandelende arts(en) en de arbeidsarts van een bedrijf in hoeverre aangepast werk mogelijk is, en wat de mogelijkheden en beperkingen zijn. De samenwerking tussen de diverse actoren loopt echter mank. De oncoloog weet bijvoorbeeld niet precies wat het werk van de kankerpatiënt inhield en in hoeverre behandelingen, nevenwerkingen of complicaties dat werk kunnen beïnvloeden. Huisartsen weten soms niet wie de arbeidsarts is en dat ze met deze laatste de opties voor re-integratie in het bedrijf kunnen bespreken. Ook patiënten zelf weten dat te weinig. De communicatie zou sterk verbeteren indien het aanbieden van aangepast werk verplicht wordt voor kankerpatiënten die het werk willen hervatten.

Hindernis 3. Werkgevers zijn niet altijd tuk op re-integratie van kankerpatiënten

Er kruipt meer tijd en werk in re-integratie met aangepast werk dan in niet hervatten. ‘De vraag voor aangepast werk kan te makkelijk geweigerd worden. Het volstaat om aan te geven dat een werknemer niet langer geschikt is,’ zegt Mathieu Versée, ‘Men zou beter benadrukken wat een werknemer wel nog kan. Bij een vrouw die last heeft van brain fog na een borstkankerbehandeling bijvoorbeeld, zou men kunnen stellen dat ze perfect kan functioneren, mits regelmatige pauzes.’ Om tot zo’n plan te komen, moet men kunnen beschrijven wat de mogelijkheden zijn van de werknemer en wat de voorwaarden en modaliteiten zijn voor aangepast werk. Daarvoor is overleg nodig tussen behandelende arts en arbeidsarts.

Een re-integratiebeleid is wettelijk verplicht voor bedrijven, maar veel kleinere bedrijven hebben dit niet. Bovendien is zo’n plan, als het al bestaat, zelden goed uitgewerkt. Er bestaan geen duidelijke richtlijnen over. Werkgevers hebben vaak te weinig kennis over de mogelijkheden van re-integratie. Het is geen prioriteit. Externe bedrijven die hen daarin kunnen begeleiden, worden te weinig ingeschakeld.

Een werkgever mag een werknemer die uitvalt door ziekte altijd contacteren, niet om deze laatste te controleren, maar wel om te vragen hoe het gaat en om de duur van de arbeidsongeschiktheid te kunnen inschatten. Binnenkort wordt dit contact wettelijk verplicht. Betrokkenheid tonen bevordert de re-integratie.

Hindernis 4. De werknemer moet opnieuw in een team kunnen functioneren

Werknemers die terugkeren naar aangepast werk na ziekte, moeten ook bepaalde voorwaarden van de werkgever aanvaarden. Het kan bijvoorbeeld zijn dat thuiswerk niet altijd mogelijkheid is. Bij een goede re-integratie worden ook de collega’s ingeschakeld en steeds grondig geïnformeerd over de ziekte en de bijbehorende beperkingen van de terugkerende collega. Wie is aanspreekpunt als het even moeilijk gaat? Wanneer wordt de nieuwe situatie geëvalueerd? Het vraagt een goede omkadering en een goede communicatie.

Besluit

De opgesomde hindernissen zijn verre van onoverkomelijk. Ze kunnen worden aangepakt met een strakker wettelijk kader en met goede communicatie. Iedere patiënt die na kanker terug aan het werk wil, zou die kans moeten krijgen. ‘Re-integratie op de werkvloer wordt nu vaak negatief benaderd. Men kijkt wat een persoon niet meer kan. Hoogtijd dat die mentaliteit wijzigt en de focus verplaatst naar wat iemand wel nog kan. Artsen zouden een ‘fitnote’ kunnen opstellen met mogelijkheden en beperkingen. Ook moeten bedrijven andere werknemers goed moeten voorbereiden op de terugkeer van een collega na borstkanker. Pink Ribbon geeft, in het kader van haar project Pink Monday, lezingen in bedrijven die een team willen voorbereiden op zo’n terugkeer. ‘Alle bedrijven zouden moeten meedoen aan Pink Ribbon acties,’ vindt Mathieu Versée. Veel borstkankerpatiënten zijn erg gemotiveerd en veerkrachtig. Werk hebben, ergens bij horen, maakt deel uit van het genezingsproces.

Meer info:

www.cohezio.be

www.pinkmonday.be

Verder lezen

Nazorg
Kinderwens
Getuigenis
Vruchtbaarheid

Santoecha: Is een zwangerschap nog wel weggelegd voor mij?

Santoecha kreeg al op zeer jonge leeftijd borstkanker. Ze wist meteen dat dit gevolgen zou hebben voor haar kinderwens. Nu enkele jaren later begint haar biologische klok te tikken. Ook al heeft ze ingevroren eitjes, ze weet niet of haar lichaam een zwangerschap aankan.
Nazorg
Inloophuizen
No items found.

Hoe Marie-Paule Meert met La Vie-là het verschil maakt voor kankerpatiënten

Na een indrukwekkende carrière in de politiek kreeg Marie-Paule Meert zelf de diagnose borstkanker. Wat begon als een moeilijke periode, groeide uit tot een missie om anderen te helpen. Met haar inloophuis La Vie-là in Ottignies creëerde ze een warme plek waar kankerpatiënten steun, begrip en verbondenheid vinden. Vandaag zet ze haar ervaring in binnen de Raad van Bestuur van Pink Ribbon en bouwt ze verder aan een sterk netwerk van inloophuizen in Wallonië.
Nazorg
Behandelingen
No items found.

Lange-termijneffecten van de behandeling

De behandeling van borstkanker kan levensreddend zijn, maar laat soms ook langdurige sporen na.
Hoe kun jij helpen?