Hoe Marie-Paule Meert met La Vie-là het verschil maakt voor kankerpatiënten
‘In Wallonië hebben we een charter opgesteld voor inloophuizen’
Tijdens haar carrière in de politiek, onder andere als woordvoerster van wijlen Wilfried Martens, werd Marie-Paule Meert geconfronteerd met borstkanker. Haargedrevenheid heeft er niet onder geleden. Zo staat ze aan de wieg van het inloophuis La Vie-là in Ottignies en creëerde ze een netwerk van inloophuizen. Sinds kort vervoegt Marie-Paule de Raad van Bestuur van de vzw Pink Ribbon.
Ik ontmoet Marie-Paule Meert in het inloophuis La Vie-là, op wandelafstand van het ziekenhuis Saint-Pierre in Ottignies. Een warm huis waar het gonst van de activiteiten. Eén borstkankerpatiënte spreekt me spontaan aan om te vertellen hoe belangrijk deze plek is voor haar. ‘Ik kan thuis niet altijd over mijn angsten spreken, maar hier wel. Hier vind ik lotgenoten en een luisterend oor. Dat houdt me sterk.’
Pink Ribbon: Marie-Paule,u bent stichter en coördinator van dit inloophuis. Hoe is dat gegaan?
Marie-Paule Meert: ‘Ik was 59 jaar en had een drukke carrière in de politiek toen ik de diagnose borstkanker kreeg. Je komt in een rollercoaster terecht. Ik had mijn moeder en een zusje al aan kanker verloren. De goede zorgen die ik kreeg in het ziekenhuis Saint Pierre in Ottignies stonden in schril contrast met het gebrek aan zorg buiten het ziekenhuis. Je komt uit het ziekenhuis en je staat in de kou, letterlijk en figuurlijk. Waar kunnen kankerpatiënten heen met hun angsten en emoties? Samen met Dr. Anne-Pascale Schillings, borstradiologe in Ottignies-Louvain-la-Neuve, hebben we een huis gezocht dat kon dienst doen als inloophuis voorkankerpatiënten. We vonden een geschikt huis op amper 100 meter van het ziekenhuis. Dat is de start van het inloophuis La Vie-là, een plek waar kankerpatiënten terechtkunnen met hun verhalen en emoties, waar je steeds een luisterend oor en steun vindt en waar we allerhande activiteiten organiseren.’
U bent ondertussen al 12 jaar coördinator van dit inloophuis. Hoe organiseert u zo’n huis?
Marie-Paule Meert: ‘Het inloophuis La Vie-là wordt gehuurd en de huur wordt betaald door een groep artsen van het Saint-Pierre Ziekenhuis. Zij doen dat met privaat geld. Daarnaast krijgen we middelen van de Waalse overheid (AVIQ) en van de Stichting tegen Kanker en vragen we een kleine bijdrage voor onze activiteiten. Tot slot hebben we nog tal van andere sponsors en steun. La Vie-là werkt nauw samen met de dienstoncologie en kankerpatiënten (niet enkel met borstkanker) worden geregeld naar ons doorverwezen. Je kan hier vanuit het ziekenhuis heel makkelijk te voetkomen. Wij werken met zo’n 120 vrijwilligers, en zorgen ervoor dat op alle weekdagen mensen aanwezig zijn van 9 tot 17 uur. Er is altijd iemand aan het onthaal. We vragen wel steeds dat men een afspraak maakt, dat kan ook telefonisch. We organiseren allerlei activiteiten, zoals praatgroepen, mindfulness of een geheugenatelier. Ik zie erop toe dat er het aanbod wetenschappelijk onderbouwd en correct is, en nooit ingaat tegen de behandeling die de patiënten krijgen vanuit het ziekenhuis. Ik heb al initiatieven stopgezet die niet voldeden.’
De werking van La Vie-là is een schoolvoorbeeld voor de inloophuizen. Hebt u contact met gelijkaardige initiatieven?
Marie-Paule Meert: ‘Ik streefsamenwerking na tussen diverse inloophuizen in België. Netwerken en samenwerken liep altijd als een rode draad doorheen mijn carrière. Ondertussen ben ik erin geslaagd om een netwerk met een vijftiental inloophuizen te vormen in het zuiden van België. We hebben een charter opgesteld met criteria waaraan inloophuizen moeten voldoen. Zo stelt het charter dat een inloophuis gelinkt moet zijn aan een dienstoncologie van een ziekenhuis, dat de activiteiten nooit mogen indruisen tegen de gangbare behandeling en dat we er zijn voor kankerpatiënten vanaf de diagnose tot één jaar na de behandeling. Criteria scheppen een duidelijk kader. Vergeet niet dat inloophuizen met vrijwilligers werken. Met een netwerk staan we sterker en kunnen we onze stem laten gelden om de kankerzorg te verbeteren.’
Hoe komt u bij Pink Ribbon terecht?
Marie-Paule Meert: ‘Simpel. De gedelegeerd bestuurder van Pink Ribbon heeft mij gevraagd om met mijn expertisedeel uit te maken van de Raad van Bestuur. Dat doet ik met plezier. Het is mijndoel om de kankerzorg in België te optimaliseren, ook de borstkankerzorg. Als ik mijn steentje kan bijdragen, dan twijfel ik niet.’

Verder lezen

Terug naar je werk na borstkanker
Pink Monday biedt advies en ondersteuning bij werkhervatting na kanker
